Telewerk en terugbetaling van kosten: einde van de 10%-regel

article image Van 

De onkostenvergoeding ten belope van 10% van het brutoloon bij telewerk eindigde op 1 juni 2022. Bedrijven die deze maatregel al hadden toegekend, kunnen deze behouden op voorwaarde dat de organisatie van het telewerk niet wordt gewijzigd.

Waaruit bestond de 10%?

Bij telewerk aanvaardde de RSZ tot nu toe twee manieren om de werknemer terug te betalen voor de kosten die hij tijdens het telewerk aangaat:

  • een vergoeding die overeenstemt met 10% van het brutoloon (beperkt tot het deel van het loon dat betrekking heeft op telewerk). Deze vergoeding omvatte alle kosten in verband met telewerk die voor rekening van de werkgever worden gemaakt (kosten voor een kantoor of werkplek thuis (verwarming, verlichting, onderhoud...) en kosten voor het gebruik van tools, apparaten en kantoormateriaal, enz. (inkt, papier, communicatietoestellen, machines...));
  • het forfait voor de bureaukosten bedraagt 140,15 euro vanaf 1 juni 2022 (zie ons artikel hierover).

Opmerking: de fiscus paste de 10%-regel niet toe. Op fiscaal vlak werd  enkel de forfaitaire vergoeding voor bureaukosten aanvaard.

Welke wijzigingen vanaf 1 juni 2022?

De RSZ stelde op 1 juni 2022 een einde aan de vergoeding van 10%. Vanaf die datum is het voor bedrijven niet meer mogelijk om in dit systeem in te stappen.  

Bijgevolg is enkel nog het forfait voor bureaukosten mogelijk, op voorwaarde dat ze de toekenningsvoorwaarden naleven (structureel telewerk).

Quid bedrijven die deze vergoeding al toekenden?

Voor de werknemers die dit systeem al toepasten vóór 1 juni 2022, mag er nog gebruik gemaakt worden van dit stelsel, maar enkel indien de overeenkomst rond telewerk niet wordt gewijzigd (met name het aantal telewerkdagen). Als daarentegen een verandering optreedt in de organisatie van het telewerk minder of meer telewerkdagen), kan de vergoeding van 10% niet meer worden toegekend.

Dit soort onkostenvergoeding wordt samen met een hele reeks andere vergoedingen uitvoerig besproken in ons naslagwerk over Alternatieve vergoedingen. Kijk zeker eens naar de nieuwe editie (juni 2022).

Bron: administratieve instructies RSZ – 2022/2.